“Wat is er veel mogelijk bij het regelen van een uitvaart”, zeggen naasten vaak. En dat is ook zo, toch denk ik altijd na een eerste gesprek: “dit heb ik niet genoemd en dat niet en misschien was dat ook wel een goed idee geweest.”
Want er zijn veel keuzes en lang niet alles kun je benoemen, simpelweg omdat daar op dat moment niet naar geluisterd kàn worden. Ook wordt er nog vaak gedacht wordt dat alle beslissingen in korte tijd genomen moeten worden.
Maar als er gezegd wordt: “Doe die kaart met dat grijze randje maar, die is netjes”, dan kan ik het niet nalaten om op de rem te trappen en nemen we de rust om het hele rouwbrievenboek te bekijken. Omdat ik het fijn vind als ‘netjes’ door ‘persoonlijk’ veranderd wordt. Omdat een familie naderhand altijd zegt: de rouwkaart (de kist, het vervoer, de bijeenkomst enz.) paste precies bij de overledene.
Vaak gaat het zo dat ik mensen op een idee breng, door het verhaal dat ze vertellen. Bijvoorbeeld op die boerderij, de boerin vertelde dat haar man nooit een pak aan had. Dus werd haar man in zijn blauwe overall opgebaard. Ik vond dat een prachtige keuze, en zij vindt het logisch want: “zo kent iedereen hem”. Daarop heb ik een kist van steigerhout laten zien. Die vonden ze direct helemaal passend. “Kan er dan ook een foto met koeien op de kaart?”